X-ray Spectroscopy of Clusters of Galaxies and of the Cosmic Web

Norbi Werner heeft onderzoek gedaan naar de fysische eigenschappen van heet gas in clusters van melkwegstelsels. In zijn proefschrift presenteert hij de allereerste detectie van röntgenstraling van een filament dat twee massieve clusters met elkaar verbindt. De eigenschappen van deze straling suggereren dat het is ontstaan in het heetste, dichtste gas van de warm-hete fase van het intergalactische medium. Hij is op 13 mei 2008 gepromoveerd op dit onderzoek aan de Universiteit Utrecht.

Clusters van melkwegstelsels zijn de grootste objecten in het heelal. In het optisch bestaan ze uit honderden aparte melkwegstelsels, die elk uit honderden miljarden sterren bestaan. De meeste materie van gewone atomen bevindt zich echter in de vorm van een heet gas in de ruimte tussen melkwegstelsels dat röntgenstraling uitzendt.

Supernova-explosies in de melkwegstelsels produceren chemische elementen, waarvan het grootste gedeelte uitgestoot wordt in het omringende hete gas. Dat is de plek waar de uitstoot van de supernova-explosies kan worden gemeten met behulp van röntgensatellieten. Clusters van melkwegstelsels zijn dus uitstekende laboratoria om de geschiedenis van de chemische verrijking van het heelal te bestuderen.

Een probleem is dat ongeveer de helft van de materie in de vorm van gewone atomen onzichtbaar is in het lokale universum. Simulaties laten zien dat 30 tot 40% van deze atomen zich in de vorm van een warm-heet gas met een lage dichtheid bevinden, in de filamenten van het kosmische web dat de clusters van melkwegstelsels met elkaar verbindt.

13 mei 2008, 14:30 uur
Universiteit Utrecht

Promotor: Prof.dr. F.W.M. Verbunt
Copromotor: Dr. J.S. Kaastra