Combined gravitational lensing and stellar dynamics analysis of early-type galaxies

Er is er nog weinig bekend over ver weg gelegen elliptische melkwegstelsels. Huidige technieken zijn daarvoor niet toereikend. Matteo Barnabè presenteert in zijn proefschrift een nieuwe methode om deze melkwegstelsels te bestuderen. Hij promoveerde op 27 maart 2009 op dit onderzoek aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Het begrijpen van de vorming en evolutie van elliptische melkwegstelsels is een van de belangrijkste nog onopgeloste problemen in de hedendaagse astrofysica en kosmologie. Het verkrijgen van een gedetailleerde en betrouwbare beschrijving van het dichtheidsprofiel en de structuureigenschappen van dergelijke melkwegstelsels op verschillende tijden in de geschiedenis van het heelal, zou een belangrijke stap vooruit betekenen.

Barnabè combineert de informatie van twee onafhankelijke technieken: zwaartekrachtlenzen en de dynamica van sterren. Met deze methode kunnen elliptische melkwegstelsels eenvoudiger op grotere afstand bestudeerd worden. Barnabè paste deze methode toe op hoge resolutie waarnemingen (verkregen met de Hubble Space Telescope en de 8.2 meter Very Large Telescope) van een verzameling van veraf gelegen melkwegstelsels. Het licht daarvan heeft vier miljard jaar nodig gehad om ons te bereiken.

De belangrijkste resultaten van het onderzoek zijn: (1) de dynamische structuur en het dichtheidsprofiel van ver weg gelegen elliptische melkwegstelsels lijken erg veel op die van stelsels die dichtbij staan, hetgeen suggereert dat deze stelsels weinig veranderd zijn in het laatste kwart van de geschiedenis van het heelal; (2) de donkere materie fractie in het binnenste gebied van deze stelsels is 15 tot 30 procent; (3) elliptische melkwegstelsels hebben een erg regelmatige, gladde massaverdeling.

27 maart 2009, 16.15 uur,
Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Kapteyn Instituut, Rijksuniversiteit Groningen
Faculteit: Wiskunde en Natuurwetenschappen
Promotor(s): prof.dr. A.G. de Bruijn