Grote Europese onderzoeksbeurzen voor astronomen Jason Hessels en Saskia Hekker

Credit (v.l.n.r.): Jan Willem Steenmeijer en ASTRON
Credit (v.l.n.r.): Jan Willem Steenmeijer en ASTRON

Dr. ir. Saskia Hekker (UvA) en dr. Jason Hessels (ASTRON/UvA) hebben beiden een Starting Grant van de European Research Council (ERC) toegekend gekregen. Deze beurs is bedoeld voor aanstormend wetenschappelijk talent om hun eerste onderzoeksgroep mee te vormen.

Saskia Hekker krijgt 1,5 miljoen euro voor het bepalen van de leeftijd van sterren met behulp van asteroseismologie. Leeftijd is een essentiële eigenschap van sterren bij het bestuderen van sterevolutie en het bepalen van de vorming en eigenschappen van exoplaneten.

De leeftijd van sterren is echter moeilijk te bepalen aangezien het geen direct meetbare eigenschap van een ster is. Om de leeftijd te bepalen wordt deze afgeleid uit wél meetbare eigenschappen, zoals helderheid en temperatuur, of de rotatiesnelheid. De onnauwkeurigheid in deze metingen is vaak 30-40%. Asteroseismologie is het vakgebied dat de interne structuur van sterren bestudeert aan de hand van stertrillingen. Hekker wil de kennis over de interne structuur van sterren gebruiken om de leeftijd van de sterren te bepalen met een nauwkeurigheid van 5-10%. Haar onderzoek zal worden uitgevoerd aan het Max-Planck-Institut für Sonnensystemforschung in Göttingen, Duitsland.

Jason Hessels ontvangt een ERC Starting Grant van 2 miljoen euro om een enorm krachtige supercomputer te bouwen die in real-time zeer korte maar heldere radioflitsen uit het heelal kan detecteren met de LOFAR-radiotelescoop.  Deze radioflitsen zijn signalen, geproduceerd door de meest extreme uitbarstingen in het universum, van bijvoorbeeld ultracompacte neutronensterren en radiopulsars. Zulke bronnen zijn bijzondere en unieke laboratoria voor een beter begrip van de natuur en kunnen ons meer leren over de zwaartekracht en de deeltjesfysica.

Het real-time detecteren van deze signalen is een grote rekenkundige uitdaging, maar van groot belang omdat de positie aan de hemel er goed mee kan worden bepaald. Andere telescopen – die op andere golflengten waarnemen– kunnen op die manier snel worden ingezet om beter te begrijpen wat er gebeurt. Door gebruik te maken van LOFAR’s enorme beeldveld, wordt dit het krachtigste detectiesysteem voor dit soort bronnen ter wereld. Vorige maand kreeg Hessels al een NWO-Vidi van 0,8 miljoen euro om complementair onderzoek te doen met de LOFAR-radiotelescoop.  Zijn onderzoek zal worden uitgevoerd bij ASTRON – Netherlands Institute for Radio Astronomy en de Universiteit van Amsterdam.