Het team - waar ook astronomen inzitten van de Universiteit van Amsterdam, de Rijksuniversiteit Groningen en de Universiteit Leiden - ontdekte een korte, intense uitbarsting van radiogolven afkomstig van een nabije rode dwergster. De ster staat op 130 lichtjaar afstand en werd gedetecteerd met behulp van Europa’s krachtige LOFAR-radiotelescoop.
Eerste duidelijke radiodetectie
CME’s zijn grote uitbarstingen van gemagnetiseerd plasma afkomstig van sterren en spelen een belangrijke rol bij het vormgeven van het ruimteweer in ons zonnestelsel – zoals het veroorzaken van de prachtige poollichten die we op aarde zien. Hoewel al lang werd verwacht dat CME’s ook op andere sterren voorkomen, is dit de eerste keer dat er een is waargenomen via het karakteristieke radiosignaal.
“Voor het eerst hebben we bewijs dat heet plasma van een andere ster de interplanetaire ruimte in is geslingerd,” zegt dr. Callingham, auteur van de studie. “Dit geeft ons de kans om verder te gaan dan theorieën die uitsluitend op de zon zijn gebaseerd.”
“We laten zien dat deze uitbarsting verwoestend zou zijn voor een planeet rond zo’n ster,” zegt dr. Callingham. “De CME heeft de kracht om een aardachtige magnetosfeer helemaal tot aan het planeetoppervlak samen te drukken, waardoor de atmosfeer tijdelijk haar beschermende werking verliest. Dat betekent dat zulke uitbarstingen kunnen bepalen of een planeet potentieel bewoonbaar is.”
LOFAR's unieke mogelijkheden
Planeten met een massa vergelijkbaar met die van de aarde komen het vaakst voor rond rode dwergsterren, sterren met 10 tot 50 procent van de massa van de zon. Omdat hun bewoonbare zones, waar vloeibaar water aan het oppervlak kan bestaan, zeer dicht bij de ster liggen, worden deze planeten waarschijnlijk blootgesteld aan veel intensere sterrenstormen dan de aarde.
“Deze ontdekking laat zien dat heftig ruimteweer niet uniek is voor onze zon,” zegt co-hoofdauteur dr. Cyril Tasse van het Observatoire de Paris. “We weten nu dat planeten rond kleine sterren vaak worden getroffen door krachtige uitbarstingen. Dankzij de geavanceerde dataverwerkingsmethoden die aan het Observatoire de Paris zijn ontwikkeld, kunnen we nu meten hoe extreem die omstandigheden werkelijk zijn.”
De ontdekking opent een nieuw venster op het onderzoek naar ruimteweer in andere zonnestelsels, met belangrijke implicaties voor de zoektocht naar leven. Toekomstige observatoria, zoals de Square Kilometre Array, zullen astronomen in staat stellen veel meer van deze stellaire uitbarstingen te ontdekken en beter te begrijpen hoe die het lot van exoplaneten bepalen.