Extreme star formation in starburst galaxies

Al brengen sterrenstelsels het overgrote deel van hun levensloop in isolatie door, toch zijn de kortstondige ontmoetingen met buurstelsels erg belangrijk in hun evolutie. De Leidse sterrenkundige Leonie Snijders schrijft dat in haar profschrift, waarop zij op 28 november 2007 is gepromoveerd.

Overal om ons heen zien we sporen van kosmisch kannibalisme, waarbij kleine stelsels door grotere worden opgeslokt. Spectaculairder is de titanenstrijd waarbij twee grote spiraalstelsels botsen om uiteindelijk met elkaar te versmelten tot één nieuw sterrenstelsel. Zulke interacties kunnen voor een waar spektakel zorgen; in korte, heftige uitbarstingen (starbursts) worden enorm veel jonge, zware sterren gevormd. Dit maakt de zogenoemde starburststelsels bijzonder goede laboratoria om het proces van stervorming te bestuderen.

Het waarnemen van stervormingsgebieden in zulke extreme stelsels is niet eenvoudig, omdat de nieuwgevormde sterren diep verborgen liggen in grote stofwolken. In het optisch (de straling waarvoor het menselijk oog gevoelig is) is niets te zien van alle actie die binnenin de wolk plaatsvindt. Straling van langere golflengte lukt het beter om door de gas- en stofwolken heen te stralen. Daarom maken we gebruik van mid-infrarood camera's, een technologie die vergeleken met de optische sterrenkunde nog in de kinderschoenen staat, om de verborgen kraamkamers te onthullen. Waarnemingen met de nieuwe, deels in Nederland gebouwde, mid-infrarood camera VISIR laten zien dat stervorming in starburststelsels significant verschilt van die in de Melkweg, namelijk onder veel hogere druk. Je hebt als het ware stervorming in een snelkookpan.

woensdag 28 november 2007
Universiteit Leiden
Faculteit: Wiskunde en Natuurwetenschappen
Promotor: prof.dr. M. Franx