Meest gedetailleerde simulatie zwart gat toont dat flares ontstaan op magnetische kruispunten

De flares die een zwart gat uitbraakt, ontstaan mogelijk als magnetische veldlijnen dicht langs elkaar in tegengestelde richting bewegen. Dat blijkt uit de meest gedetailleerde simulatie tot nu toe die een internationaal team van onderzoekers heeft gemaakt. De onderzoekers, waarvan een groot deel in Nederland werkt of werkte, publiceerden hun bevindingen onlangs in het vakblad The Astrophysical Journal Letters.

Drie keer inzoomen op de simulatie van een zwart gat (klik voor groter). In het gele blokje ontstaan mogelijk de flares. (c) Ripperda en Liska et al.
Drie keer inzoomen op de simulatie van een zwart gat (klik voor groter). In het gele blokje ontstaan mogelijk de flares. (c) Ripperda en Liska et al.

Het team wordt geleid door Bart Ripperda en Matthew Liska. Ripperda studeerde in Eindhoven en is verbonden aan het Center for Computational Astrophysics, Flatiron Institute, New York, en aan Princeton University (Verenigde Staten). Liska promoveerde aan de Universiteit van Amsterdam en werk nu aan Harvard University (Verenigde Staten). Vanuit de Universiteit van Amsterdam zijn Koushik Chatterjee (inmiddels Harvard University), Gibwa Musoke en Sera Markoff betrokken.

"Door de superhoge resolutie zien we nu voor het eerst zogeheten plasmoids opduiken in simulaties," zegt Sera Markoff. "We kunnen deze simulaties en hun voorspellingen nu testen bij onze waarnemingen aan bijvoorbeeld het zwarte gat in het centrum van onze Melkweg."

Inzoomen op zwart gat - simulatieDrie keer inzoomen op de simulatie van een zwart gat. Bij de derde keer inzoomen wordt een zogeheten X-point zichtbaar. Hier lopen de magnetische veldlijnen dicht bij elkaar in tegengestelde richting. De onderzoekers vermoeden dat in deze gebieden flares kunnen ontspruiten. (c) Ripperda en Liska et al.

Meer informatie
Meer informatie, links naar filmpjes en naar de wetenschappelijke publicatie staan in het uitgebreide Engelse bericht op de website van het Center for Computational Astrophysics van het Flatiron Institute.