‘Exoplaneet zoekt naam’ van start: iedereen mag een naam voordragen

‘Exoplaneet zoekt naam’ van start: iedereen mag een naam voordragen


De Nederlandse zoektocht naar een naam voor exoplaneet
HAT-P-6 b en de ster waar hij omheen draait (HAT-P-6) is vandaag van start gegaan. Tot en met eind september krijgen alle Nederlanders de kans een naam voor te dragen. Naast verenigingen van sterrenkunde-amateurs, professionele astronomen en het algemene publiek, worden met name kinderen aangemoedigd via hun school een voorstel te doen: de beste suggestie wordt beloond met een telescoop voor op school.

Het formulier voor een voordracht staat hier: http://www.astronomie.nl/exoplaneetzoektnaam

De regels voor de naamgeving staan hier: http://www.astronomie.nl/regelsexoplaneetzoektnaam

NB: De procedure is gebonden aan een groot aantal regels. Om ongeldige voordrachten te voorkomen, moet iedereen die een naam wil voordragen de regels eerst lezen. 

IAU
‘Exoplaneet zoekt naam’ is de Nederlandse campagne van het wereldwijde project ‘IAU100 NameExoworlds’. De Internationale Astronomische Unie (IAU) viert dit jaar zijn honderdste verjaardag en heeft alle landen een exoplaneet toegewezen voor vernoeming. (1)

Twee ronden
De Nederlandse competitie bestaat uit twee ronden. In de eerste ronde kunnen het publiek, verenigingen van sterrenkunde-amateurs, professionele astronomen en scholen een voordracht doen (tot 30 september 2019). 

De tweede ronde is de stemronde. Nederland kan in de tweede helft van oktober stemmen op een van de vijf setjes namen die een Nationaal Comité van astronomen en andere experts heeft geselecteerd uit alle voordrachten. (2) Het setje namen (voor ster en planeet) dat de meeste stemmen krijgt wordt aangemeld bij de IAU.   

De resultaten van de wereldwijde verkiezingen worden bekendgemaakt in december 2019. De gekozen namen worden vanaf dat moment parallel aan de bestaande wetenschappelijke namen gebruikt. 

HAT-P-6
Nederland heeft de ster HAT-P-6 en de exoplaneet HAT-P-6 b gekregen. De ster is een geelwitte dwergster en staat op ongeveer 905 lichtjaar afstand in het sterrenbeeld Andromeda. De planeet is een zogeheten 'hete Jupiter'. Bijzonder aan de planeet is dat hij in een retrograde baan draait. 

Exoplaneten
Astronomen hebben de afgelopen decennia duizenden planeten en planeetstelsels ontdekt rond nabije sterren. Sommige planeten zijn klein en rotsachtig zoals onze aarde; andere lijken meer op gasreuzen als Jupiter. Om de meeste sterren cirkelen planeten. Alleen al het enorme aantal sterren en planeten en de aanwezigheid van prebiotische materialen, maakt het bestaan van leven elders in het heelal waarschijnlijk.

Noten
(1) De IAU is een internationale astronomische organisatie, waarbinnen meer dan 13.500 astronomen uit ruim 100 landen zijn verenigd. De missie van de IAU is het promoten en bewaken van alle aspecten van de astronomie, inclusief onderzoek, communicatie, educatie en ontwikkeling, door middel van internationale samenwerking. 

De IAU is ook het officieel erkende internationale lichaam voor de naamgeving van hemellichamen en de oppervlaktestructuren daarop. De IAU is gesticht in 1919 en is ’s werelds grootste beroepsorganisatie van astronomen. De IAU viert dit jaar 100 jaar internationale samenwerking, en wil dit aspect van de sterrenkunde benadrukken met de campagne. Elk land heeft een ster toegewezen gekregen die zichtbaar is vanuit dat land en helder genoeg is om met een kleine telescoop te bekijken. Dat is gebeurd na een zorgvuldige selectie van een groot aantal bekende exoplaneten en hun moedersterren. Al deze planeten zijn gasreuzen, vergelijkbaar met Jupiter en Saturnus. 

(2) De leden van het Nationaal Comité dat de voordrachten voor de naamgeving beoordeelt en een selectie maakt zijn: Marieke Baan (IAU-NOC, NOVA - voorzitter), Ignas Snellen (Universiteit Leiden), Inge Loes ten Kate (Universiteit Utrecht), Michiel Min (SRON), Sebastiaan de Vet (KNVWS), Frans Stravers (SRON), Ans Hekkenberg (New Scientist) en Jaap Vreeling (NOVA). 

Mediapartner
De mediapartner van ‘Exoplaneet zoekt naam’ is het populairwetenschappelijke tijdschrift New Scientist.